|
Gebruikte steken |
Boordsteek: afwisselend 1 steek recht, 1 steek averecht
Tricotsteek: recht op de goede kant, averecht op de verkeerde kant.
Sokken worden gebreid met 5 korte breinaalden, ook wel sokkennaalden genoemd.
|
Opzetten |
Zet het gewenste aantal steken op en verdeel deze over 4 naalden.
Let op dat de naalden niet verdraaien voor u begint met in de rondte
te breien. Om dit te voorkomen kunt u ook eerst 1 of 2 toeren gewoon
breien (op 2 naalden dus) en daarna pas de steken verdelen over 4 naalden.
Vergeet dan niet als u klaar bent deze toer(en) dicht te naaien. |
Boord en been |
Brei een boord van gewenste lengte in boordsteek (1r, 1 av).
Of brei een kortere boord en ga daarboven verder in tricotsteek tot de
gewenste lengte. |
Grote hiel |
Voor de grote hiel over de helft van het aantal steken verder breien.
Brei naald 1 recht en schuif de steken van naald 4 ook op deze naald.
Brei met deze steken verder in rechte tricotsteek tot de gewenste lengte.
Laat de andere steken op naald 2 en 3 gewoon rusten.
Begin met een averechte naald en brei het aantal toeren dat is aangegeven
in de tabellen. Brei de eerste en laatste steek steeds recht.
Hierdoor ontstaan ribbeltjes die het tellen vergemakkelijken.
(Een andere manier om dit te bereiken is om de eerste steek averecht af te halen.)
Eindig met een rechte naald.
Een verstevigde hiel breit u als volgt.
1e toer: 1 recht, 1 averecht afhalen met de draad achter het werk,
1 recht, 1 averecht afhalen met de draad achter het werk, enz, eindigen met 1 recht
2e toer: alles averecht |
Kleine hiel |
U begint met een averechte naald. Brei voor de kleine hiel averecht
tot 2 steken voorbij het midden, 2 averecht samenbreien, 1 averecht,
en vervolgens het werk keren.
Brei recht tot 2 steken voorbij het midden, 2 recht samenbreien,
1 recht en het werk keren.
Brei averecht tot 1 steek voor de opening, 2 av, samenbreien, 1 averecht, keren.
Brei recht tot 1 steek voor de opening, 2 r, samenbreien, 1 recht, keren.
Ga zo door tot alle steken op één naald staan. U bent geëindigd met een rechte naald.
Langs de zijkanten van de grote hiel nu steken opnemen.
Brei daarvoor in elke kantsteek (ribbel) langs de zijkant van de
hiel een steek (zie de tabellen voor het aantal steken).
Omdat er makkelijk een gaatje ontstaat tussen de kleine hiel en de
wreef neemt u daar een extra steek op. Brei vervolgens de steken op
naald 2 en 3 in tricosteek. Neem daarna met een nieuwe naald weer een
extra steek op tussen grote hiel en de kleine hiel om een gaatje te
voorkomen en vervolgens langs de tweede zijkant van de grote hiel
hetzelfde aantal steken zoals in de tabellen is vermeld. Brei de helft
van het aantal steken van de kleine hiel op naald 4. Brei nu met alle
steken verder verdeeld over 4 naalden. Het aantal steken is groter dan
het beginaantal steken. |
Spie |
Deze steken die "te veel" zijn worden in de spie weer geminderd.
In elke 2e toer de eerste en laatste 2 steken van de ondervoet
samenbreien tot er weer evenveel steken zijn als waar u mee begon.
Voor voeten met een hoge wreef kunt u dit samenbreien ook in elke
3e of zelfs elke 4e toer doen zodat er wat meer ruimte ontstaat. |
Voet |
Brei dan verder recht tot de lengte die in de tabel staat aangegeven. |
Teen |
Voor de teenminderingen breit u als volgt verder:
1e toer:
1e naald (bovenvoet): 1 recht, 2 verdraaid recht
samenbreien, naald uitbreien
2e naald (bovenvoet: recht breien op 3 steken na, 2 recht samenbreien, 1 recht
3e naald (ondervoet): 1 recht, 2 verdraaid recht samenbreien, naald uitbreien
4e naald (ondervoet): recht breien op 3 steken na, 2 recht samenbreien, 1 recht.
2e toer: zonder minderingen
Deze 1e en 2e toer herhalen tot de helft van het oorspronkelijke aantal steken over is.
Dan elke naald deze minderingen breien tot er in totaal 12 steken over zijn.
De steken op 2 naalden plaatsen en afkanten door 1 steek van de 1e en 2e naald samen te breien en af te kanten.
Dit is mijn favoriete manier van teenminderingen. Een alternatief is de teenminderingen breien zoals die in de tabellen worden gegeven.
|
|